Behalve zieke en dode pimpelmezen, heeft DWHC dit voorjaar weer meerdere meldingen van zieke en dode groenlingen ontvangen. Tot nu toe zijn in 2020 bij DWHC vier groenlingen onderzocht. Alle vier hadden ze een ontsteking van de krop. Bij drie dieren kon worden vastgesteld dat de Trichomonas parasiet de oorzaak was, bij de vierde kon de oorzaak niet worden achterhaald. De ziekte wordt in de volksmond het Geel genoemd. Deze ziekte werd in Nederland voor het eerst in 2009 vastgesteld. In de daarop volgende jaren bleek deze ziekte verreweg de belangrijkste oorzaak van sterfte bij groenlingen die DWHC had onderzocht. En ook dit jaar houdt de ziekte aan.
Update 30 juni: Bij een ekster die eind mei bij DWHC werd onderzocht, is de ziekte ‘Het Geel’ vastgesteld. In o.a. 2018 werd deze ziekte ook bij een ekster aangetoond. Zie bericht Ekster met Het Geel.
De verwekker van het Geel is de parasiet Trichomonas gallinae. De parasiet veroorzaakt ontstekingen in de snavelholte, keel, krop en slokdarm, waardoor de vogel niet meer goed kan eten en drinken. Het gevolg is dat de vogel verhongert of stikt.
De ziekte wordt in de volksmond het Geel genoemd, omdat bij het opensperren van de bek soms een gelige aanslag in de snavelholte is te zien. Dit beeld kan echter ook door een andere ziekte, zoals bijvoorbeeld een ‘natte’ pokkeninfectie worden veroorzaakt. Alleen onderzoek kan uitwijzen welke ziekte de aanslag heeft veroorzaakt. De gelige aanslag is overigens niet altijd zichtbaar!
De zieke vogels vertonen algemene ziekteverschijnselen: ze zijn suf, zitten bol met opgezette veren en hebben hun schuwheid verloren. Vaak is de snavel smerig en hebben ze moeite met eten en drinken.
Het Geel is een ziekte die al lang bekend is als één van de doodsoorzaken bij duiven. Ook van roofvogels die zieke duiven eten, was reeds bekend dat ze de ziekte kunnen ontwikkelen en eraan dood kunnen gaan. Maar nieuw was het vaststellen van deze parasiet als doodsoorzaak bij groenlingen in 2005 in Groot-Brittannië en kort daarop ook elders in Europa. In 2008 werd de ziekte bijvoorbeeld in Zweden bij groenlingen vastgesteld en in 2009 in Nederland.
Behalve groenlingen, kunnen ook andere vinkachtigen de ziekte ontwikkelen en eraan doodgaan. Het DWHC heeft de parasiet sinds 2009 voornamelijk bij groenlingen en duifachtigen (holenduif, houtduif, Turkse tortel, en rotsduif (stadsduif)), vastgesteld. Daarnaast heeft DWHC de ziekte aangetoond bij havik, sperwer, ekster, appelvink, vink, sijs, en goudvink.
In de periode 2009 – 2017 vormde het Geel weliswaar de hoofdoorzaak van sterfte onder groenlingen, maar daarnaast zijn ook andere doodsoorzaken vastgesteld, zoals trauma of bloedingen door lichamelijk letsel zoals tegen een raam vliegen, pokkenvirus infectie, en bacteriële besmettingen (Yersinia pseudotuberculosis, Salmonella groep B).
In Groot-Brittannië is de groenlingenpopulatie sinds het vaststellen van deze ziekte sterk afgenomen. De broedvogelpopulatietrend in Groot-Brittannië laat zelfs een abrupt sterk dalende lijn zien. Ook in Zweden nam de populatie af nadat de ziekte in 2008 was vastgesteld.
In Nederland daarentegen was het effect van de ziekte in de broedvogelpopulatie niet direct waarneembaar. Tot 2015 was er zelfs nog sprake van groei. Maar sindsdien lijkt de populatie toch onder druk te staan en zijn de aantallen licht gedaald. De komende jaren zullen uitwijzen of deze trend zich doorzet. De aantallen van in Nederland overwinterende groenlingen laten overigens al tien jaar lang wel een sterke daling zien, hetgeen deels een afspiegeling zal zijn van de populatieontwikkelingen in het zuiden van Scandinavië.
Het is onduidelijk waardoor de afname bij de Nederlandse broedvogels pas zo veel later merkbaar was dan bijvoorbeeld bij de Britse. Onderzoek door DWHC i.s.m. Sovon heeft uitgewezen dat er geen aanwijzing was voor minder ernstige ziekte bij Nederlandse groenlingen in vergelijking met Groot-Brittannië. Minder ernstige ziekte kan dus niet het verschil in de populatie trends tussen Groot-Brittannië en Nederland verklaren.
De ziekte kan worden overgedragen via onderling contact en via voer- en drinkplaatsen. Het is daarom belangrijk dat vogelvoerplaatsen dagelijks worden schoongemaakt. Het is ook belangrijk om voedertafels/plekken regelmatig te verplaatsen. Bij waterbakken is het essentieel om de bak dagelijks te legen, schoon te maken, en te laten drogen alvorens het met vers water wordt gevuld. Zie ook de informatie hierover bij Vragen, onder het kopje Algemene Vragen.
Een overzicht met alle berichten over de groenling is te vinden op https://www.dwhc-dev.wp.hum.uu.nl/diersoorten/groenling/