In het eerste half jaar zijn zes wezels voor onderzoek binnengekomen bij het nationaal wildziekten centrum DWHC. Alle zes zijn door trauma (lichamelijk letsel) doodgegaan. In drie gevallen duiden gaatjes (perforaties) in de huid op predatie. Van deze drie wezels hadden twee dieren een longontsteking. Mogelijk dat de ontstekingen de wezels hebben verzwakt en daarmee de kans op predatie hebben vergroot. Bij slechts één wezel werd de rondworm Skrjabingylus nasicola aangetroffen. Deze rondworm werd ook gevonden bij één van de twee in 2017 bij DWHC onderzochte bunzings. Beide bunzings waren door trauma, veroorzaakt door een aanrijding, doodgegaan. Mogelijk heeft de bij de dieren aanwezige, door longwormen veroorzaakte longontsteking, bijgedragen aan een verhoogd risico om aangereden te worden.
Om beter inzicht te krijgen in de verspreiding van deze kleine marterachtigen en mogelijke doodsoorzaken, roepen de Zoogdiervereniging en DWHC het publiek op om zowel de levende als de dode dieren te melden. Meld levende zichtwaarnemingen op www.telmee.nl of www.waarneming.nl. Daarnaast vragen we om verse dode dieren (maximaal 24 uur dood) veilig te stellen (niet invriezen, wel koelen als dat kan) en zo snel mogelijk bij DWHC aan te melden via het meldformulier op de website, zodat de dieren eventueel voor onderzoek kunnen worden opgehaald.
Klik hier voor meer achtergrondinformatie over speerpuntdieren 2017
Hermelijn foto banner: Dick Pasman